Het herstel van de operatie is deze keer erg snel gegaan. Terwijl ik 3 jaar geleden voor het eerst kon wandelen bijna drie weken na de operatie, kon ik deze keer al op de vierde dag wat pasjes zetten. Al na 2 dagen was de wond dicht, 2 dagen daarna kon ik dus wat lopen (zonder krukken) en ook meteen fietsen (met een soort skischoen aan). Vanaf dag 6 fiets ik dagelijks een uur, in een vrij stevig tempo. Vanaf dag 8 wandel ik daarnaast dagelijks een stuk van 30-45 minuten.
Het schema ziet er sindsdien dagelijks ongeveer hetzelfde uit: in de ochtend een duurtraining van een uur, gecombineerd met wat krachtoefeningen voor de benen, buik en rug, en dan in de middag een stukje wandelen. Vandaag, woensdag 15 september (13 dagen na de operatie), stond de controle bij de specialist op het programma. Orthopedisch chirurg Henk van der Hoeven en de fysiotherapeut die met hem samenwerkt Rob Tamminga - die gezamenlijk al een groot deel van de Nederlandse marathontop hebben behandeld, en overigens ook andere atleten - wachtten me op en bekeken vervolgens goedkeurend de wond.
Na de goedkeuring werd de hechting eruit gehaald en mocht ik weer naar huis, om verder te gaan met het geleidelijk opvoeren van de belasting. Ondanks dat het erg snel herstelt, is het de bedoeling dat ik de komende 4 weken nog niet hardloop, maar alternatief trainen combineer met wandelen en krachttrainen.
Verder heb ik de afgelopen 2 weken gevuld met bezigheden waar ik normaal gesproken geen tijd voor heb: boeken lezen en uitgebreid internetten. Zo heb ik Skype ontdekt (veel te laat natuurlijk), en kan nu videobellen met Kenia en met Hilda's zusje Elvin, die vorige maand naar Arizona is vertrokken om daar te studeren en hard te lopen. Of met Chris, die onze woning huurt - Hilda en ik zijn immers het grootste deel van het jaar in Kenia. Best leuk; als ik boven in onze slaapkamer zit te internetten en Chris zit beneden, dan kunnen we elkaar gewoon zien via Skype!
Ik kijk uit naar de Dam tot Damloop komend weekend, ben benieuwd hoe de Nederlandse topatleten het doen. Voor mij is deze keer vooral de damesrace interessant, omdat Hilda daarin meeloopt - en het o.a. mag opnemen tegen haar tante Lornah Kiplagat. Maar ook ben in benieuwd hoe mijn trainingsmaatje Koen Raymaekers zal lopen, alsmede mijn ex-trainingsmaatjes van TDR (o.a. Dekkers, Schroër, De Lie, Wiggers). Zelf zal ik in de studio van TV Noordholland zitten, om tijdens de wedstrijd te helpen met commentaar geven. Lijkt me ook leuk: kan ik eindelijk eens alle intieme details van de Nederlandse (en Keniaanse) topatleten aan de buitenwereld kwijt!
Last Updated on Thursday, 16 September 2010 11:21
operatie goed verlopen
Saturday, 04 September 2010 09:31
Hugo
Na de marathon heb ik geen stap meer hardlopend gezet. Niet omdat dat onmogelijk was, want ik had best wat kunnen joggen, maar omdat het me verstandig leek om de beide achillespezen wat rust te geven. Wel was ik dagelijks te vinden in de sportschool van Lornah Kiplagat, waar ik fietste en krachtoefeningen deed. Je weet dat je, na de operatie, meerdere weken niet kunt trainen. Daarom leek het me goed om uitgerust, maar wel fysiek op een behoorlijk niveau, de operatie in te gaan.
Woensdag 1 september kwam ik terug in Nederland en de volgende ochtend stapte ik om 6u37 op de trein, om me om 8.00 uur in de Bergmankliniek in Naarden te kunnen melden. Dr. van der Hoeven, de orthopedisch chirurg (een of misschien wel dé topper op dit gebied), zou daar om 9.00 uur de operatie aan mijn linkerhiel uitvoeren. Dat ging allemaal prima. Ik koos voor een volledige narcose, die deze keer werd toegediend d.m.v. een vloeistof in het infuus. Ik dacht nog: Daar ga ik echt niet van slapen, dat gaat jullie mooi niet lukken. Maar enkele seconden later was ik weg en toen ik 90' later wakker werd was het achter de rug. Er zit nu een sneetje aan de buitenzijde van mijn linkerhiel, zo'n drie tot vier centimeter in lengte en er is een stuk bot uitgekomen van ca 2cm lengte (en enkele millimeters in doorsnede). Dat heeft dokter Van der Hoeven dus van het hielbeen afgesneden, omdat het in de achillespees prikte. Het is heel netjes gedaan en ik heb er geen enkele pijn aan, al moet ik toegeven dat ik behoorlijk wat pijnstillers moet slikken, dus daar kan het ook aan liggen.
Ik beweeg me nu voort met krukken, maar probeer zoveel mogelijk te zitten met het been plat liggend op de bank. Mijn ouders zorgen voor me, dus ik hoef nergens naar toe te lopen, alles wordt bij me gebracht: heerlijk! Over enkele dagen mag ik, met een soort skischoen aan, gaan fietsen. Die skischoen is bedoeld om de wond te beschermen en ervoor te zorgen dat je de enkel niet buigt - maar ik doe hem alleen aan als dat echt noodzakelijk is. Verder is het nu zaak de natuur zijn werk te laten doen; de wond moet herstellen en dat heeft tijd nodig. Zodra de wond dicht is kan ik wat gaan wandelen, eerst met de skischoen aan en later met gewone schoenen. Drie jaar geleden begon ik na 7-8 weken met hardlopen, dus in dit geval zou dat eind oktober zijn. Ik ga er voorlopig vanuit dat dat gaat lukken. Mocht alles goed gaan en ook de rechterachillespees goed herstellen (daar heb ik ook last van, maar zonder dat daar een stuk bot inprikt, dus waarschijnlijk heeft dat met overbelasting te maken en moet die pees gewoon herstellen met rust en oefeningen), dan kan ik waarschijnlijk volgend jaar eind maart weer deelnemen aan wedstrijden - maar voorlopig is het nog veel te vroeg om daar mee bezig te zijn. Nu eerst een week lang lezen, internetten en andere zittende bezigheden.
Waar ik overigens erg blij mee ben, is dat mijn sponsor My Sports / RunnersTV heeft besloten om met me door te gaan. Ik heb ze voorgesteld om de sponsoring tijdelijk stop te zetten, omdat ik natuurlijk 6-7 maanden geen wedstrijden loop. Zij wilden daar echter niet van weten en zullen me op de normale wijze blijven ondersteunen. Heel fijn zo'n sponsor!!
Last Updated on Saturday, 04 September 2010 09:39
RACE DAY
Thursday, 05 August 2010 11:48
Hugo
Het is zaterdag 31 juli, 8u30, in Barcelona. We (de marathonploeg met begeleiding) nemen de bus die voor het hotel staat en die ons naar het marathonparcours brengt. De bus is eigenlijk bedoeld voor de dames, die straks hun marathon lopen, maar zit ook vol heren die het warming-up gebied willen verkennen. Om 8.50 worden we afgezet en wandelen we het inloopgebied binnen. Hier is ook een gebouw dat dienst doet als callroom, wacht- en kleedruimte. Je kunt er van bovenaf inkijken en zo heel duidelijk volgen hoe het er in de callroom aan toe gaat. De Russen zijn slim, zien we. Die hebben een flinke hoek van de kleedruimte in beslag genomen en er een paar stevige mannen voorgezet. Zo hebben ze hun eigen gebiedje gecreëerd. De meeste atleten gaan lukraak ergens op de grond zitten. Gerard zet direkt een plan uit voor morgen: wij moeten er ook op tijd bij zijn, om een eigen plek 'af te zetten' – daar zullen een aantal begeleiders voor zorgen. Bovendien dienen er matjes gekocht te worden, zodat we plat kunnen liggen. Aan alle details wordt gedacht! Koen en ik gaan loslopen om 9u20; het zelfde moment dat we een dag later zullen gaan inlopen. Op die manier kunnen we controleren of ons tijdschema klopt. Is er nog genoeg tijd voor de callroom, voor versnellingen etc.
De marathon die ons morgen wacht, zal een uitputtingsslag worden, zoveel is duidelijk. Het is heter en vochtiger dan we ooit hebben meegemaakt. Ooit was het snikheet in Rotterdam (2007), maar dat was niets vergeleken bij deze hitte. Gelukkig zijn we er behoorlijk op voorbereid. We hebben veel in de hitte getraind en veel geoefend met drinken. Tijdens de marathon moeten we in staat zijn om elke vijf kilometer zo'n halve liter vocht naar binnen te werken, alleen dan kun je het gigantische vochtverlies een beetje beperken en instorting voorkomen.
De race is sterk bezet, de grote favorieten zijn aanwezig. Er staan 17 lopers aan de start met een persoonlijk record van 2.10 of sneller. Met mijn persoonlijk record van 2.12.08 sta ik 25e, vergelijkbaar met het EK van vier jaar geleden, toen ik 24e stond. Omdat ik niet optimaal heb kunnen trainen, ga ik ervanuit dat ik niet in supervorm ben. Een plaats in de top 30 is daarom het streven. Gerard heeft ook overzichten gemaakt van de verschillende deelnemende teams. Spanje en Italië zijn veruit favoriet. Beiden hebben zes lopers aan de start die allemaal erg snelle pr's hebben staan (gemiddeld circa 2.09). Favoriet voor brons is Portugal, met een gemiddelde van 2.11. Ook sterke landen zijn Rusland, Polen en Oekraïne. Dit zijn de nieuwe marathonlanden. Vier jaar geleden kwamen er nog weinig goede lopers vandaan, maar ondertussen kunnen ze elk verschillende 2.10-lopers uitzenden. Wij staan, als je de pr's van de snelste drie lopers middelt, zesde in dit klassement, vlak voor Oekraïne. Een plak pakken zal heel erg moeilijk worden, maar is niet onmogelijk.
De ochtend van de wedstrijd sta ik om zes uur op. Als eerste maak ik de bidons klaar: 8 voor tijdens de wedstrijd en 1 die als slush-puppy zal dienen. Onderzoek heeft uitgewezen dat het drinken van een zeer koude (sport)drank vlak voor een inspanning in de hitte, er voor kan zorgen dat de kerntemperatuur langer laag blijft en dat is goed voor de prestatie. Een halve bidon sportdrank wordt daarom gemixt met een halve bidon 'crushed' ijs. De overige bidons zullen geen ijs bevatten, maar worden wel in een koelbox gehouden, tot het moment van gebruik, zodat de drank lekker koud is. Om half zeven ga ik 10 minuutjes loslopen en daarna volgt een eenvoudig ontbijt. Vervolgens ga ik ontspannen op de kamer tot het tijd is om met de bus naar de start te gaan. Na het inlopen/rekken/zwaaien worden we naar de callroom geroepen. Onze begeleiders geven ons nog een 'ijshanddoek' mee – we hebben een vijftal handdoeken in een koelbox gestopt en gemengd met ijswater. Deze handdoek zorgt voor ongeveer 10 minuten verkoeling. Als je die een kwartier voor de start omdoet, zou het – net zoals de slushpuppy – moeten zorgen voor een verlaging van de kerntemperatuur. Het is wel tegenstrijdig natuurlijk; je gaat een warming-up doen en vervolgens ben je alleen maar bezig om jezelf af te koelen. Maar het lijkt wel te werken.
De eerste 10 kilometer gaan rustig, bij iedereen. Tenminste, zo lijkt het, maar niets is minder waar. Een doorkomst van 32.45 op de 10km is natuurlijk extreem traag voor de Europese top, maar leidt tot een eindtijd van 2.18.10. Uiteindelijk is Röthlin de enige die uit dat tempo kan versnellen. De Spanjaard Martinez (die ik als winnaar had getipt, maar die uiteindelijk tweede wordt), weet dit tempo van 3.16 per kilometer nog vast te houden, maar alle overige lopers niet. De hitte wint het van (bijna) iedereen. Zelf ben ik gestart in 3.20 per kilometer, of zelfs iets langzamer. Dat moet leiden tot een eindtijd van 2.20.40. In het eerste deel van de race houd ik me rustig, maar na vijftien kilometer begin ik licht te versnellen. Dat geeft een goed gevoel, want ik begin al direkt mensen in te halen. Langzaam schuif ik op van de 45e plek naar de 30e plek. Na 25 km blijkt toch, tot mijn teleurstelling, dat ik dit hogere tempo niet vast kan houden. Ik ga weer terug naar circa 3.20 per km, maar toch blijf ik mensen inhalen. Ik let op de terugvallers: uit welk land komen ze? Horen ze bij één van de concurrerende teams? Op een gegeven moment loop ik de top 20 binnen, dat voelt goed. Vier jaar geleden was ik 22e en het lijkt erop dat ik die prestatie nu ga verbeteren. Het drinken gaat goed, elke vijf kilometer gaat er heel wat naar binnen. Elke 2½ km kun je een flesje water pakken. Ik sla dat nooit over en gooi de inhoud steeds over mijn hoofd. Het loopt niet zo prettig, met een lichaam dat voortdurend van top tot teen nat is. Maar de verkoeling is wel prettig. Na circa 35 km loop ik achter twee Portugezen, het lijkt erop dat we die kunnen verslaan in het teamklassement! De ene Portugees steekt de weg over om ergens aan de zijkant in de schaduw te kunnen lopen. Dat hij hiervoor veel extra meters moet maken deert hem niet, geen goed teken! Door het voorbijgaan van de Portugezen kom ik op de 15e plaats terecht. In de laatste kilometers heb ik strijd met een Rus, waarbij ik me realiseer dat ik nog maar 1 andere Rus ben gepasseerd, en dat het Russische team dus waarschijnlijk voor ons zit, balen. Na 41 kilometer komt er opeens iemand van achteren. Hé, hoe kan dat nu? Ik ben de hele race nog niet ingehaald. Het blijkt mijn Nederlandse teammaatje Rens Dekkers. Ongelooflijk, wat Rens hier doet. En heel belangrijk voor de teamuitslag! Ik probeer bij hem aan te pikken, maar dat lukt niet, Rens gaat me stoïcijns voorbij. In de laatste 500 meter zet ik nog wat aan, maar Rens ziet me komen en pareert de 'aanval'. Achteraf begrijp ik van Robert Lathouwers dat hij aan de binnenkant wel een gaatje zag waar ik volgens hem nog inpaste, maar dat had ik anders ingeschat ;)
Direkt na de finish (2.22.06 – 14e) omhelsen Rens en ik elkaar en wachten we op de overige teamleden. Koen komt al vrij snel de bocht om, maar helaas horen we dan ook dat we als vierde zijn geëindigd. Geen medaille deze keer. Maar wel een goede teamprestatie. En persoonlijk ben ik ook erg tevreden met mijn 14e plaats.
Gisteren zijn Koen en ik, samen met onze coach Gerard (voor de gelegenheid Bondscoach Gerard) en de voedingskundige van de marathonploeg Peter Res in Gava Mar aangekomen – als laatsten want de rest van de marathonploeg en begeleiding is er al sinds maandag. Gava Mar is een plaatsje dat enkele kilometers ten zuiden van Barcelona ligt. Hier verblijven we tot enkele dagen voor de marathon. In de eerste plaats om te acclimatiseren, in de tweede plaats om te 'focussen' en dat speciale gevoel te krijgen dat we er met elkaar iets moois van gaan maken op zondag 1 augustus.
De laatste weken zijn verlopen zoals die daarvoor. Ik heb de belangrijke trainingen goed kunnen doen, met tussendoor steeds drie rustige dagen (fietsen en heel rustig joggen) om de pijnlijke hiel te laten herstellen. De laatste zware training in Kenia was twee weken geleden: een duurloop van 40km, waarvan 30km in marathontempo. Dit ging goed; Koen en ik liepen een gemiddelde van 3.24 per km, wat natuurlijk minder hard is dan we in de marathon hopen te lopen, maar gezien de hoogte (en de heuvels) was het een prima tempo. Drie dagen later, precies tijdens de WK voetbal finale, vloog ik naar Nederland. Ik was ervanuit gegaan dat Nederland niet in de finale zou komen en vond het erg jammer dat ik het niet kon zien, vooral toen bleek dat er twee Spanjaarden achter me zaten. Toen de piloot ons de uitslag vertelde, waren ze zo onbeleefd om te gaan juigen! Op een KLM vlucht!
Vorige week woensdag stond de 10km van Voorthuizen op de planning, maar dat ging helaas niet door. In plaats daarvan heb ik, in de hitte, 8x1000m gedaan in ca 3.00 per km. Niet te hard, want het was mijn eerste harde training in deze hitte. In Kenia is het, door de hoogte, toch minder heet dan het hier kan zijn. Twee dagen later volgde een training in de klimaatkamer, op Papendal. Deze stond ingesteld op 33 graden Celsius en 85% luchtvochtigheid. Het was voor ons allemaal een 'interessante' ervaring. Zelfs bij een tempo van 13-14 km per uur, liep onze hartslag gigantisch op, zelfs tot aan de marathonhartslag. Het was ongetwijfeld een geschikte manier om te acclimeren (voor-acclimatiseren), maar hopelijk waren de omstandigheden niet representatief voor die tijdens de marathon. Drie dagen later, op maandag, kwam ik wederom naar Papendal voor een laatste marathontraining in de klimaatkamer. Gezien de hitte buiten (ca 28 graden) en het feit dat de klimaatkamer door ons lastig was in te stellen, besloten we om van ons plan af te zien en de training gewoon in de buitenlucht te doen. Ik trainde samen met Koen en ook Peter was weer aanwezig voor de analyses. Eerst mochten we in een buisje plassen, zodat hij kon meten hoe goed we hadden gedronken. Vervolgens stak hij een thermometer in ons oor om de kerntemperatuur te meten, iets wat hij na elk tempo zou herhalen. Koen en ik beperkten ons vandaag tot 4 maal een 5km, met een pauze van 3'. Een stevige training, maar niet verschrikkelijk uitputtend. De meest uitputtende trainingen (van meer dan 35 km) doe ik in de laatste twee weken niet meer. Ook deze laatste training ging prima. Uit voorzichtigheid begonnen we rustig, maar ondanks de hitte konden we aardig versnellen: 16.40 – 16.11 – 16.00 – 15.33. Peter heeft berekend dat ik, bij die omstandigheden en het lopen in marathontempo, ongeveer anderhalve liter vocht (zweet) per uur verlies. Wat wel grappig is: toen ik op mijn vijftiende begon met hardlopen en wat plaatselijke wegwedstrijdjes liep, liep ik al tegen een dertien-jarige Peter Res. Ik was wat beter, maar hij zat niet ver achter me. Vervolgens werd ik lid van AVCastricum en werd Peter mijn teamgenoot en (loop)vriend, vijftien jaar lang. Nu, in voorbereiding op het EK, zijn we weer 'samen', maar op een heel andere manier.
In Gava Mar, zijn we bezig met het meest ontspannen deel van de voorbereiding: het in vorm komen. De zware trainingen zijn achter de rug. Ik zal me beperken tot wat loslopen, wat alternatief trainen en dan nog één tempotraining van 3x3 km in marathontempo, komende zondag.
De weg naar BCN
Tuesday, 22 June 2010 18:28
Hugo
De weg naar BCN 2010 begint er wat beter uit te zien. De hielklacht is nog steeds aanwezig en wordt ook niet minder, maar mijn niveau stijgt wel en dat is nu het belangrijkste! Ruim twee weken geleden deed ik een training van 1-2-3-2-1 km, waarbij ik de 3km in 9'48 liep. Vorige week ging het al weer een aardig stuk beter: ik deed 5 x 3km (met een pauze van 3 minuten) in gemiddeld 9'30.
Vandaag stond de, voorlopig, zwaarste training op het programma. Ik stond op om 7u00 en liep drie kilometer los – dat was niet de zwaarste training, dat was wat Gerard 'pre-warmingup' noemt. In Barcelona wordt het straks erg heet en dan wil je geen lange warming-up doen, om de lichaamstemperatuur niet onnodig op te laten lopen. Een vroege warming-up enkele uren voor de race, is dan geschikt. Je maakt de benen een beetje los en hebt dan voor de race zelf voldoende aan een heel korte warming-up. Na deze vijftien minuten strompelen, nam ik mijn ontbijt, bestaande uit drie witte boterhammen met avocado, honing en appelstroop, drie koppen sterke thee en wat water. Hilda ging ondertussen de koe van Lornah melken, want de werknemers die dat normaal altijd doen, waren een dagje weg (en Lornah ook).
Om 9u30 werd ik opgehaald door Koen Raymaekers, met zijn nieuwe Subaru. Koen, zijn vriendin Florence, onze chauffeur Cornelius en ik reden twintig minuten naar Kaptuli, waar we op een glooiende weg tussen de mais- en korenvelden begonnen aan onze training: 30' rustig (circa 4.00 per km), 30' in 3.30 per km, 5' rustig, 30' in 3.20 per km, 5' rustig, 15' in 3.20 per km, 5' rustig, 10' in 3.15 per km, 20' uitlopen. In totaal 2u30, iets meer dan 40km. De training ging goed. Het was behoorlijk heet en dat was precies de bedoeling. We hadden beiden veel sportdrank meegenomen en Florence gaf ons elk kwartier een bidon aan. In Barcelona wordt het erg belangrijk dat je goed kunt drinken – een atleet die anderhalve liter vocht per uur kan opnemen is in het voordeel ten opzichte van een atleet die slechts een halve liter kan opnemen en dit is goed trainbaar. Het lukte goed om het beoogde tempo te lopen en ik was vooral blij dat ik op het eind (tussen 33 en 36 km) mijn snelste kilometers kon maken. In de laatste kilometer moest ik Koen een paar seconden laten gaan, maar goed, die loopt 2u11 op de marathon, dus het is niet erg om bij hem te lossen.
Zo hadden we er dus om 12u30 een marathon opzitten (3+40 km), een apart gevoel.
Aangezien ik nog steeds behoorlijk last heb van de hiel wordt het morgenochtend fietsen. De ochtend na zo'n harde training, heb ik zoveel last dat hardlopen niet mogelijk is. Misschien kan ik in de middag lopen, dat hangt af van het herstel, anders ga ik weer fietsen. Daarna volgen twee dagen met rustige duurlopen en op zaterdag de volgende harde training (15 x 1000m). Ondanks dit aangepast trainen, is mijn niveau dus nog steeds aan het stijgen en lijkt deelname in Barcelona te gaan lukken. Wel laat ik bij thuiskomst, op 12 juli, direkt een MRI-scan maken. Vóór Barcelona zal ik niet aan mezelf laten sleutelen, maar mocht het nodig zijn, dan liefst zo snel mogelijk na het EK. En dan is het wel handig als de scan al is gemaakt.
Wat mijn dag, naast de goede training, helemaal goed maakte, was het succes van 'mijn' atleten tijdens een race in Eldoret. Ik coach 4 meisjes; Hilda's zusjes Valentine, Elvin en Ivy en hun vriendin Lillian. Allen zijn ongeveer 20 jaar en proberen door het hardlopen een studiebeurs te verdienen voor een Amerikaanse universiteit. Elvin is het best en had al snel een volledige beurs verdiend. Ze zal vanaf augustus uitkomen voor de University of Arizona, een prestigieuze universiteit, waarop je alleen wordt toegelaten als je ook heel goed kunt studeren (wat ze dus kan). De andere drie liepen vandaag een wedstrijd in Eldoret, speciaal georganiseerd voor atleten die een studiebeurs willen. Ze werden 1, 2 en 3! Ik ben zó trots op ze. Valentine en Lillian kregen een beurs aangeboden. Ivy moet nog even wachten, omdat ze nog geen SAT heeft gedaan, een soort Amerikaans toelatingsexamen. Het is erg leuk om te zien dat jonge mensen door hun hardlooptalent in korte tijd een kans krijgen om een toekomst op te bouwen in een ver land. Dat er universiteiten zijn die tienduizenden dollars per jaar neerleggen om iemand daar te laten studeren en hardlopen, ongelooflijk. Wie die kans krijgt, ziet zijn/haar leven in één klap veranderen. Van werkloos en geldloos, afhankelijk van anderen, word je opeens iemand met een zeer goede kans op een goede opleiding en uiteindelijk een goed leven. Daar ben ik de Amerikanen dankbaar voor. Nu moeten ze alleen nog leren dat je Keniaanse woorden niet op zijn Amerikaans uitspreekt – zoals een Amerikaanse coach die ons toeschreeuwde “Djemboe” en “Thanks for your Oekelei”. Ik denk dat velen niet begrepen dat hij Jambo (een groet) en ugali (een gerecht) bedoelde.